Verantwoord aangeven maakt het u gemakkelijker… en misschien ook nog wel leuker!
Welke maatregelen uit het Belastingplan 2018 treffen uw organisatie?
1. Tariefopstap
Maatregel regeerakkoord 03-11-2017 –
De aangekondigde verlenging van het tariefopstapje in de vennootschapsbelasting gaat niet door. Het tariefopstapje blijft dus in 2018 200.000 euro. In het Belastingplan 2017 was geregeld dat dit tariefopstapje stapsgewijs werd verhoogd tot 350.000 euro.
Vennootschapsbelasting
2. Innovatiebox
Maatregel regeerakkoord 03-11-2017 –
Winsten uit innovatieve werkzaamheden worden in Nederland tegen een gunstig tarief belast. Het voordeel van de innovatiebox wordt vanaf 1 januari 2018 kleiner, aangezien het effectieve tarief wordt verhoogd van 5 procent naar 7 procent.
Vennootschapsbelasting
3. Energie-investeringsaftrek (EIA)
Op basis van de EIA mag een ondernemer een percentage van de investering aftrekken van de winst. Het gaat om investeringen op de Energielijst. De ondernemer moet hiervoor een verzoek indienen bij de RVO (rvo.nl). Het aftrekpercentage wordt verlaagd van 55 procent naar 54,5 procent.
Inkomstenbelasting
4. Niet-uitvoerende bestuurders
De fictieve dienstbetrekking voor niet-uitvoerende bestuurders van een beursgenoteerde vennootschap wordt afgeschaft. Hiermee ontstaat een gelijke behandeling tussen een commissaris en een niet-uitvoerende bestuurder van een beursgenoteerde vennootschap. De fictieve dienstbetrekking voor commissarissen was per 2017 al wettelijk afgeschaft.
Loonbelasting
5. Excessieve vertrekvergoeding
De uitzondering op de rekenregel voor de excessieve vertrekvergoeding voor aandelenoptierechten wordt beperkt tot aandelenoptierechten die onvoorwaardelijk zijn toegekend dan wel onvoorwaardelijk zijn geworden vóór het kalenderjaar voorafgaande aan het jaar waarin de dienstbetrekking met de werknemer is beëindigd.
Loonbelasting
6. S&O-verklaring
Het wordt voor S&O-inhoudingsplichtigen mogelijk om de mededeling van het aantal aan speur- en ontwikkelingswerk bestede uren en gemaakte kosten en uitgaven, over alle in een kalenderjaar afgegeven S&O-verklaringen gezamenlijk te doen.
NnavV / NvW 24-10-2017 – De staatssecretaris heeft duidelijk gemaakt dat de belastingplichtige geen keuze heeft, maar voortaan verplicht één melding doet per kalenderjaar over alle aan S&O bestede uren, kosten en uitgaven.
Loonbelasting
7. Dubbele zakelijkheidstoets
De dubbele zakelijkheidstoets als tegenbewijs voor de anti-winstdrainage renteaftrekbeperking geldt ook voor schulden aan verbonden lichamen die feitelijk verschuldigd zijn aan een derde. Anders dan de Hoge Raad oordeelde, moeten ook dan zakelijke overwegingen voor de schuld én de rechtshandeling aannemelijk worden gemaakt.
Vennootschapsbelasting
8. Buitenlandse aanmerkelijkbelangregeling
Een in het buitenland gevestigd lichaam dat een aanmerkelijk belang houdt in een in Nederland gevestigde vennootschap zal voortaan slechts buitenlands vennootschapsbelastingplichtig kunnen zijn als sprake is van het ontgaan van inkomstenbelasting bij een ander. Ingehouden dividendbelasting kan dan worden verrekend.
Vennootschapsbelasting
9. Economische realiteit
Buitenlandse vennootschapsbelastingplicht volgens de aanmerkelijkbelangregeling kan behalve bij kunstmatige constructies ook ontstaan bij kunstmatige transacties. Daarnaast zal nadere invulling worden gegeven aan wanneer sprake is van geldige zakelijke overwegingen die de economische realiteit weerspiegelen. Dit overeenkomstig de nieuwe antimisbruikbepaling in de dividendbelasting.
Vennootschapsbelasting
10. Afgewaardeerde vorderingen
Bij een fiscale eenheid kan een afwaardering van een schuldvordering op een verbonden lichaam of een lichaam dat op enig moment verbonden is geweest niet meer in aanmerking worden genomen voor zover deze verband houdt met verliezen geleden door een gevoegde maatschappij.
Vennootschapsbelasting
11. Liquidatieverliesregeling
Bij het bepalen van het opgeofferde bedrag wordt rekening gehouden met een afwaardering van een schuldvordering bij het ontbonden lichaam voor zover deze verband houdt met binnen fiscale eenheid al verrekende verliezen. Dit om dubbele verliesneming te voorkomen.
Vennootschapsbelasting
12. Waarde economische verkeer
Voor het bepalen van het opgeofferde bedrag van een uit de fiscale eenheid ontvoegde dochtermaatschappij wordt bij het vaststellen van het eigen vermogen van deze maatschappij ter bepaling van het opgeofferd bedrag, uitgegaan van de werkelijke waarde van deze maatschappij, indien deze lager is dan haar fiscale eigen vermogen.
Vennootschapsbelasting
13. Giftenaftrek
De multiplier voor de giftenaftrek geldt ook voor komend jaar.
Tweede Kamer 23-11-2017 – De multiplier blijft structureel gelden.
Vennootschapsbelasting
14. Houdstercoöperatie
In Nederland gevestigde houdstercoöperaties waarvan de feitelijke werkzaamheden in het voorafgaande jaar doorgaans voor tenminste 70 procent bestaan uit houdsterwerkzaamheden, worden inhoudingsplichtig voor de dividendbelasting. Dit ziet op kwalificerende lidmaatschapsrechten die samen met de rechten van verbonden andere leden, aanspraak geven op tenminste 5% van de jaarlijkse winst of uitkeringen bij liquidatie.
NnavV / NvW 24-10-2017 – Inhoudingsplicht blijft ook gelden ook voor coöperaties (non-houdstercoöperaties) waarvan de lidmaatschaprechten vergelijkbaar zijn met in aandelen verdeeld kapitaal. Dit houdt onder meer in dat lidmaatschapsrechten vrij verhandelbaar zijn.
Dividendbelasting
15. Kwalificerende lidmaatschapsrechten
Tot de opbrengst uit kwalificerende lidmaatschapsrechten wordt gerekend de winstuitdelingen, de rente op inleggelden en alle vergoedingen voor kapitaalverstrekkingen door leden aan de houdstercoöperatie. Een teruggaaf van inleggelden valt daar niet onder.
Dividendbelasting
16. Inhoudingsvrijstelling
In deelnemingssituaties binnen de EU/EER geldt een inhoudingsvrijstelling voor dividendbelasting. Dit wordt uitgebreid naar de derde landen waarmee Nederland een belastingverdrag of een vergelijkbare regeling heeft gesloten met daarin een dividendartikel. Aan de (verdrags)vestigingsplaats van de opbrengstgerechtigde worden aanvullende voorwaarden gesteld.
Dividendbelasting
17. Hoofddoelen
De inhoudingsvrijstelling geldt niet als één van de hoofddoelen is het ontgaan van Nederlandse dividendbelasting bij een ander en relevante substance ontbreekt. Kunstmatigheid kan zien op constructies en op transacties.
Dividendbelasting
18. Relevante substance
Voor schakelende tussenhoudsters is voor relevante substance tenminste vereist dat voldoende loonkosten aan de schakelfunctie toerekenbaar zijn en dat voor de schakelfunctie feitelijk gebruik wordt gemaakt van eigen kantoorruimte.
Dividendbelasting
19. Hybride entiteiten
In lijn met het Nederlandse verdragsbeleid wordt toepassing van de inhoudingsvrijstelling voor dividendbelasting mogelijk gemaakt bij opbrengsten aan hybride entiteiten.
NnavV / NvW 24-10-2017 – In een nota van wijziging is opgenomen dat de regeling niet geldt indien de hybride entiteit op grond van de wetgeving van een derde staat, in die derde staat is gevestigd.
Dividendbelasting
20. Fiscale beleggingsinstelling
De inhoudingsvrijstelling voor dividendbelasting bij opbrengsten aan (deels) vrijgestelde lichamen wordt niet toegepast bij een inhoudingsplichtige fiscale beleggingsinstelling (FBI). De ingehouden dividendbelasting kan door dergelijke lichamen wel op verzoek worden teruggevraagd. Treedt in werking op een bij een Koninklijk Besluit te bepalen tijdstip.
Dividendbelasting
21. Informatieverplichting
In deelnemingssituaties geldt voor inhoudingsplichtige vennootschappen een informatieverplichting bij toepassing van de inhoudingsvrijstelling bij een dividenduitkering aan een in het buitenland gevestigde opbrengstgerechtigde. Bij niet tijdige nakoming kan de inspecteur een verzuimboete opleggen van maximaal 5.278 euro.
Dividendbelasting
22. Geneesmiddelen
Het verlaagde btw-tarief voor geneesmiddelen wordt aangepast door wijziging van het begrip ‘geneesmiddel’. Met name producten waarvoor een (parallel)handelsvergunning is afgegeven zoals bedoeld in de Geneesmiddelenwet, of waarvoor een expliciete vrijstelling in die wet is opgenomen, worden belast tegen 6 procent btw.
Omzetbelasting
23. Hoofdelijke aansprakelijkheid
Er komt een nieuwe aansprakelijkheidsbepaling voor pand- en hypotheekhouders en executanten. Als zij bij levering van een verpande of verhypothekeerde zaak of van een zaak waarop beslag is gelegd zich verhalen op de btw, dan zijn zij daarvoor hoofdelijk aansprakelijk.
Tweede Kamer 23-11-2017 – Er komt een bewustheidsvermoeden voor de pandhouder, de hypotheekhouder of executant inzake het niet (volledig) worden voldaan van de btw door de belastingschuldige bij bovengenoemde aansprakelijkheidsbepaling.
Omzetbelasting
24. Zeeschepen
De toepassing van het btw-nultarief op de levering en bevoorrading van, alsmede diensten aan commerciële zeeschepen wordt aangepast. Het btw-nultarief geldt, indien dergelijke schepen voor tenminste 90 procent daadwerkelijk worden gebruikt voor de vaart op volle zee.
NvW 16-11-2017 – De voorwaarde van gebruik van ten minste 90 procent op volle zee wordt verlaagd naar ten minste 70 procent.
Tweede Kamer 23-11-2017 – De inwerkingtreding van de nieuwe btw-behandeling van zeeschepen wordt met een jaar uitgesteld tot 1 januari 2019.
Omzetbelasting
25. Landbouwregeling
De btw-landbouwvrijstelling wordt afgeschaft. Voor bepaalde leveringen en diensten aan landbouwers/veehouders/tuinbouwers/bosbouwers vervalt het verlaagde btw-tarief. Landbouwers, etc. krijgen recht op aftrek van btw en moeten btw voldoen over hun prestaties. Die btw kunnen hun afnemers dan volgens de normale regels in aftrek brengen (het landbouwforfait vervalt).
Omzetbelasting
26. Herziening landbouwregeling
De afschaffing van de landbouwregeling leidt ertoe dat de btw op investeringsgoederen die voor 1 januari 2018 in gebruik zijn genomen en waarvoor de herzieningsperiode nog loopt, wordt herzien in de eerste aangifte van 2018. Voor goederen en diensten die voor 1 januari 2018 zijn aangeschaft maar nog niet in gebruik genomen, vindt btw-aftrek plaats in de eerste aangifte van 2018 overeenkomstig de bestemming.
Omzetbelasting
27. Afvalstoffenbelasting
Het sorteren of verbranden van in Nederland ontstaan afval wordt gelijk belast, ongeacht verwerking in binnen- of buitenland. Invoeringsvoorbereidingen moeten voorjaar 2018 gereed zijn.
Afvalstoffenbelasting
28. Tijdelijke tariefsaanpassing energiebelasting
De energiebelasting wordt per 2018 voor twee jaar verhoogd. Deze verhoging slaat 50/50 neer bij bedrijven en huishoudens. Tegenover deze lastenverhoging staat een even grote lastenverlaging. De tarieven in de Wet opslag duurzame energie gaan namelijk naar beneden.
Energiebelasting
29. Energiebelasting
De relatief gunstige stadsverwarmingsregeling wordt uitgebreid naar stadsverwarming-installaties die grotendeels gebruik maken van aardwarmte of biomassa.
Voor energie intensieve bedrijven wordt geregeld dat niet tevens aan de nieuwe individuele besparingsafspraken hoeft te worden voldaan om teruggaaf te krijgen bij zakelijk gebruik boven een bepaalde drempel. De wijziging werkt terug tot en met 20 april 2017.
Energiebelasting
30. Catalogusprijs BPM
Vanaf 2018 zal de catalogusprijs van een auto niet meer gedefinieerd worden als de prijs die een fabrikant of importeur van een auto aan wederverkopers kenbaar heeft gemaakt, maar als de prijs die publiekelijk bekend is gemaakt. Deze catalogusprijs geldt ook voor de bijtelling in de loon- en inkomstenbelasting.
BPM
31. Afschrijving BPM
De specifieke afschrijvingstabel voor het bepalen van de BPM op bepaalde motorrijtuigen (bijvoorbeeld een bestelbus die als personenauto wordt gebruikt) verdwijnt naar aanleiding van een recent arrest van de Hoge Raad.
BPM
32. Vrijstelling bestelauto’s
Wanneer binnen 5 jaar de BPM-vrijstelling voor bestelauto’s voor ondernemers niet meer van toepassing is, zal de ondernemer alsnog BPM verschuldigd zijn. De berekening van de verschuldigde BPM voor deze situaties wordt gelijkgetrokken met de berekeningswijze van gebruikte bestelauto’s.
BPM
33. Naheffing motorrijtuigenbelasting
De naheffing van motorrijtuigenbelasting omdat een motorrijtuig op de weg gebruikt wordt terwijl het geschorst is vindt niet meer plaats bij constatering dat het motorrijtuig wordt gebruikt, maar vanaf het moment dat niet meer wordt voldaan aan de wettelijke voorwaarden.
Motorrijtuigenbelasting
34. Definitie massa
De definitie van de massa van een auto wordt gelijkgetrokken met de definitie die het RDW hanteert. Aangezien de nieuwe definitie 100 kg hoger is dan de oude definitie, worden de gewichtsgrenzen in de tarieftabellen met 100 kg verhoogd.
Motorrijtuigenbelasting
35. Provinciale opcenten
De berekeningswijze van de provinciale opcenten is gewijzigd. Dit betreft een verduidelijking van de huidige systematiek.
Motorrijtuigenbelasting
36. Brandstoftoeslag
Een omissie in de Wet uitwerking autobrief II wordt opgelost, waardoor brandstoftoeslagen per 1 januari 2019 buiten toepassing blijven voor bestelauto’s voor gehandicapte personen en ondernemers.
Motorrijtuigenbelasting
37. Inkeerregeling
De inkeerregeling voor de directe belastingen en de toeslagen wordt afgeschaft. Ook de strafrechtelijke inkeerregeling wordt afgeschaft. Bij vrijwillige verbetering kan onder omstandigheden een verzuim- of een vergrijpboete worden opgelegd. Er komt een overgangsregeling.
Heffing & invordering
38. Anti-witwasinlichtingen
De Staatssecretaris krijgt toegang tot antiwitwasinlichtingen ten behoeve van de controle van de Common Reporting Standard (CRS)-gegevens die hij moet verstrekken aan derde landen. Voor EU-lidstaten is dit geregeld in de Wet implementatie EU-richtlijn toegang belastingautoriteiten tot antiwitwasinlichtingen.
Heffing & invordering
39. Derdenbeslag
De Belastingdienst kan vanaf 1 januari 2019 ook op iedere andere geldvordering dan de in de huidige regeling met name genoemde vorderingen, zoals die op de werkgever of uitkeringsinstantie, zonder tussenkomst van de deurwaarder derdenbeslag leggen. De maatregel is ook van toepassing op belastingschulden die zijn ontstaan voor 1 januari 2019.
Heffing & invordering
40. Fiscaal verzet
De schorsende werking van het fiscaal verzet tegen de tenuitvoerlegging van een dwangbevel vervalt. Daarmee wordt oneigenlijk gebruik als vertragingsmiddel voorkomen. In het algemene bestuursrecht en het civiele recht heeft verzet tegen een dwangbevel nu al geen schorsende werking.
Heffing & invordering
41. Bodemzaak
De mededelingsplicht in verband met een (mogelijke) herkwalificatie van een bodemzaak wordt uitgebreid naar de belastingschuldige die bodemzaken van derden gebruikt. Het is een antimisbruikmaatregel gericht tegen het frustreren van het bodem(voor)recht van de fiscus.
Heffing & invordering
42. Kansspelbelasting
Het tarief van de kansspelbelasting wordt per 1 januari 2018 tijdelijk verhoogd van 29 procent naar 30,1 procent. De huidige verwachting is dat op 1 januari 2019 het tarief weer 29 procent zal worden. De aangifte-frequentie wordt onder voorwaarden maandelijks of per kwartaal.
Kansspelbelasting
43. Combinatieregelingen pensioen
De tijdelijke goedkeuring voor toepassing van de middelloonfranchise bij risico-nabestaandenpensioen volgens het eindloonstelsel, in een pensioenregeling waarbij de opbouw van ouderdomspensioen plaatsvindt op basis van een middelloon- of beschikbare premieregeling, wordt omgezet in een permanente goedkeuring.
Pensioen
44. Registratiewet
Rondom de lopende digitalisering van de registratie van afschriften van notariële akten wordt het mogelijk om testamenten die al naar de algemene bewaarplaats van de KNB zijn overgebracht, elektronisch aan te leveren zonder waarmerk. De Belastingdienst krijgt elektronisch toegang tot deze testamenten en vergelijkbare akten.
Registratiewet
45. ABB Saba en Sint Eustatius
Op Saba en Sint Eustatius geldt tijdelijk een verlaagd tarief voor de algemene bestedingsbelasting ten opzichte van Bonaire. Dit verlaagde tarief wordt op deze twee eilanden met één jaar verlengd, dat wil zeggen tot 2019.
BES belastingen
46. Vastgoedbelasting BES
Op de BES-eilanden wordt een forfaitaire vastgoedbelasting geheven van eigenaren van vastgoed. Om sociaal-culturele, charitatieve of culturele instellingen te ontzien worden hun bezittingen vrijgesteld van vastgoedbelasting, met uitzondering van zelfstandige woningen. Hieronder vallen onder andere opvang/dagbesteding van bejaarden, begeleiding jongeren, scouting, speeltuinen en kinderopvang.
BES belastingen
47. Anti-witwasinlichtingen BES
Op de BES eilanden gaat dezelfde regeling omtrent de verstrekking van antiwitwasinlichtingen gelden als in Nederland (zie commentaar bij de Nederlandse regeling). Het UBO-register wordt echter daar niet van toepassing. De regeling ziet enkel op gegevens die volgens BES-wetgeving worden verzameld.
BES belastingen
49. Bevoegdheden inspecteur (accijns)
De bevoegdheid van de inspecteur voor het onderzoeken van gebouwen wordt verruimd. In plaats van alleen accijnsgoederenplaatsen en andere voor de accijns relevante plekken, mag de inspecteur voortaan alle ruimten van gebouwen (en alle grond) onderzoeken, met uitzondering van woningen.
Accijns
50. Tabaksaccijns
Maatregel regeerakkoord 03-11-2017 – Ter stimulering van een rookvrije generatie wordt de tabaksaccijns per 2018 verhoogd.
Accijns